Het leger werd iets leger
door Peter de Jonge
Door de spanningen in de wereld wordt er in Nederland weer gedacht over invoering van de dienstplicht. Nou ja, hij is nooit afgeschaft maar sinds 1997 bestaat er geen opkomstplicht meer. Het voerde mij terug naar de jaren zeventig, toen iedere Hollandse jongen een briefje thuis ontving dat hij zich moest melden voor de dienstkeuring.
Tot mijn teleurstelling werd ik goedgekeurd, want om 14 maanden van mijn leven te vergooien met zinloos heen en weer lopen op een exercitieterrein zag ik totaal niet zitten. Hoewel er nog sprake was van de Koude Oorlog, bekogelden de Sovjet Unie en de Verenigde Staten elkaar in die tijd alleen nog een beetje met woorden. Het was de periode van ontspanning en rust tijdens de gewapende vrede van de grootmachten.
Omdat ik een HBS-diploma op zak had meende het ministerie van Defensie dat ik niet zomaar gewoon soldaat, maar zelfs leidinggevende zou kunnen worden. Dus moest ik in 1971 ook nog naar een speciale officierskeuring. Ik bracht twee dagen door in bosrijk gebied waar ik met lotgenoten in een groene overall spelletjes deed die me aan scouting herinnerden: iets nutteloos bouwen van boomstammen en op handen voeten onder een net door kuipen. Ook dit deed ik in de ogen van de legerleiding goed, waardoor nummer 41 ook hiervoor werd goedgekeurd.
Heimwee
Ik moest ik er dus aan geloven. Enkele collega’s, die een lichting voor mij zaten, onthulden dat je er best gemakkelijk onderuit kon komen. ‘Doe maar of je heimwee hebt’. Voor je het wist kreeg je S5: een verklaring dat je geestelijk niet stabiel was. Het was in linkse kringen een sport om op die manier aan de dienstplicht te ontkomen. Ik stelde mijn werkgever vooraf op de hoogte, maar die vond dat ik ‘een kerel’ zou worden door de legerdienst.
Dan maar geen kerel, dacht ik, en twee weken lang voerde ik het toneelstukje op dat ik mijn geboortegrond enorm miste. Dat ik in die periode wel gewoon op vakantie ging en voor mijn werk op plaatsen ver buiten mijn woonplaats verbleef, wist de dienstdoende sergeant niet. Hij schreeuwde wat onduidelijke bevelen, die ik met ogen vol onbegrip niet of bewust verkeerd uitvoerde en na tien dagen zat ik al bij een (dienstplichtige) psycholoog die zei te weten waarmee ik bezig was, waarna hij me netjes afkeurde. Drie weken later was ik weer burger. Mijn lange haren waren kortgeknipt, maar dat was het enige dat ik het leger — met tegenzin — had geschonken.
Dwaze leiders
Of ik het met de kennis nu weer zo zou doen? Nee. Na meer dan een halve eeuw vrede in het westen weten we nu dat er altijd dwaze leiders zullen zijn, die denken dat ze met wapens en ten koste van ontelbare mensenlevens gebieden kunnen inpikken.
foto: Samen met mijn lotgenoten op de foto. We waren slechts nummers in het leger, ik was 41. | foto privéarchief Peter de Jonge



Geen reacties