Liften: ‘Da’s nou pech jongens…’
door Peter Verdurmen
Er is geen regeringsbesluit aan te pas gekomen. Niemand heeft liften verboden. Toch zie je nauwelijks meer lifters. Dat was in de jaren zestig wel anders.
Het zou een scene kunnen zijn uit een spannende film, met een goede afloop, gelukkig wel.
Ik steek m’n duim omhoog. Er stopt een vriendelijke Belg. Ja, ik moet die richting uit, stap maar in. Hij heeft haast. Het gaspedaal wordt diep ingedrukt. De snelheidsmeter schiet in het rood.
Helemaal gerust ben ik er niet op. In de dichte mist zie je geen hand voor ogen. Voorbij Zaamslag, in de middle of nowhere, vraag ik de man om te stoppen. Hier moet ik zijn meneer. Bedankt en tot ziens. Oef! M’n beschermengel ben ik eeuwig dankbaar.
Er waren ook andere risico’s. Wie naar school liftte, ik pakte braaf de fiets, riskeerde een flinke reprimande. ‘Mevrouw, niemand stopte voor me’ komt in het smoezenboek niet voor. Als lifter moest je iets anders bedenken om mee weg te komen als je te laat was.
Een leuke kant van liften: je ziet nog wat van Nederland. De Loosdrechtse en Vinkeveense Plassen bijvoorbeeld. Moest ik helemaal niet zijn, de vertegenwoordiger die me op de boot een lift gaf wel.
Pech hebben we ook wel eens gehad, nou pech, we hadden beter moeten opletten. Op zondagmorgen stonden we bij een uitvalsweg van Breda te liften richting Zeeland. Zo konden we als zuunige Zeeuwen mooi een treinkaartje uitsparen. Na een uur, je moet geduld hebben als lifter, stopt er eindelijk een auto. Waar moeten jullie naar toe jongens? Naar Zeeland meneer. Nou, da’s pech, jullie staan richting Rotterdam te liften….We hebben toen toch maar de trein gepakt.
foto: Het veerplein in Breskens: Afscheid van de PSD, toen liften nog heel gewoon was en ook een stuk makkelijker als je de boot nam. | foto Peter Verdurmen



Geen reacties