Als streekdracht je hobby is raak je niet uitgepraat

door Margreeth Ernens

Het leek even afgesproken werk tijdens de leesbijeenkomst van Zeeuws Weerzien in ZB Bibliotheek Middelburg. ,,Jouw schoonmoeder is mijn tante!’’, zei Joke Mol toen ze Jolien Sturm zag. Joke Mol (61) uit Waarde won één van de vijf puzzelhoofdprijzen uit themakrant nummer 19. Ze kreeg het boek ‘De Zeeuwse Streekdrachten’ overhandigd door één van de makers, Jolien Sturm (52) uit Veere. Beide dames houden zich veel bezig met streekdracht en dat schept een extra band.

Omdat Joke Mol het prijsboek al in haar bezit heeft, kreeg ze ook Album4, het boekje met columns van de redacteuren van Zeeuws Weerzien. | foto Margreeth Ernens

Joke heeft puzzel 19 met plezier opgelost (‘de moeilijkheidsgraad viel wel mee hoor, ook al was de puzzel niet goed afgedrukt’). Joke is enkele jaren geleden voor de tweede keer getrouwd, en dat deed ze in stijl: het stel was gekleed in feestelijke streekdracht. ,,Het aankleden is het moeilijkste.’’ Joke kent het gewonnen boek, want ze spaarde ervoor en zodra het uitkwam bestelde ze een gesigneerd exemplaar. Haar prijs zal ze aan een jong iemand van Ons Boeregoed geven.

In het boek legt Jolien uit hoe je je eigen kostuum kunt maken, ook met moderne stoffen. Zo blijft de techniek bewaard, hoewel de oorspronkelijke stoffen als laken en pilo bijna niet meer te krijgen zijn. ,,Mijn man heeft de laatste pilobroek van kleermaker De Troye gekocht en ‘daar zien we hartstikke riek mee’! Soms draagt hij de broek wel eens’’, zegt Joke.

Andere lijven

De postzegel met daarop de kleindochter van Joke Mol in dracht.

Jolien vertelt dat ze al als kind geïnteresseerd was in dracht. Ze deed de modevakschool, leerde voor coupeuse en ging zich bezig houden met het Walchers Kostuum. ,,Het Zeeuws Museum doet het op de ouderwetse manier, maar  moderne mensen hebben andere lijven, we zijn langer, en hebben bovendien geen strak jak van jongs af aan gedragen. Dan krijg je namelijk een andere taille. In het boek gaan we dus eerst opmeten en dan een basispatroon maken.’’ In het boek staat ook een foto van de grootouders van Jokes eerste man. In dracht natuurlijk. Joke heeft nog een postzegel bij zich, waarop haar 13-jarige kleindochter in dracht prijkt. ,,Het mutsje dat ze draagt was van de oma van mijn man. Na haar overlijden ben ik een cursus mutsenplooien gaan volgen, en dat mutsje was het eerste nette resultaat.’’

Joke mocht als kind regelmatig op zondag logeren bij haar oma die schuin tegenover hen woonde in Krabbendijke. ,,Ik mocht er dan slapen in de bedstee. Zo kon ik kijken hoe opoe zich uitkleedde en ’s ochtends weer aankleedde. Het was een heel ritueel. Zelf liep ik in gewone kleren en ik vond dat heel apart.’’

Ook de oma van Jolien droeg nog klederdracht. ,,Met mijn nichtjes verkleedde ik me daarin. Later ben ik bij het Walchers Kostuum gegaan.’’ Joke Mol sloot zich aan bij Ons Boeregoed en houdt zich daar voornamelijk bezig met sorteren en mensen aankleden. ,,Wij hebben een boerenbedrijf, dus ik heb geen tijd om naar al die presentaties te gaan.’’ Jolien vindt dat de ‘nieuwe’ dracht heel veel tijd kost om aan te trekken. ,,Rond 1800 gebruikten ze geen spelden en lintjes en de kleuren waren ook vrolijker. Het haar op de goede manier doen ging ook anders.’’ Joke vindt het boek van Jolien heel waardevol. ,,Ik ga misschien nog eens een boezeroen voor mijn man maken, ik vind naaien sowieso erg leuk, al zie ik tegen die klus op.’’ Jolien bood spontaan haar hulp aan bij het maken van het patroon, dus met die boezeroen komt het vast wel goed!

foto boven: Joke Mol (rechts) ontvangt het boek ‘De Zeeuwse streekdracht’ uit handen van Jolien Sturm. | foto Margreeth Ernens

Geen reacties

Geef een reactie