Rotjes … en champagne!

door Margreeth Ernens-Abrahamse

Oud- en Nieuw vierden we bij ons thuis vrij rustig. Met oudjaar gingen we ’s avonds naar de kerk, en op nieuwjaarsochtend ook. Daarna keken we op tv naar het schansspringen in Garmisch Partenkirchen. Pas toen ik een jaar of 12, 13 was mocht ik opblijven tot na twaalf uur.

Mijn hele tienertijd had ik een baantje als afwashulp bij de bakker aan de overkant van de straat. Dat betekende dus ook dat ik aantrad op oudejaarsdag. Rond een uur of zeven was ik dan klaar, en kon ik mooi op tijd mee naar de kerk. En hoewel het hemelsbreed misschien 50 meter naar huis lopen was, was dat op oudejaarsavond nogal een onderneming, omdat de bakker dan flink vuurwerk aan het afsteken was. Maar hij niet alleen, iedereen deed dat. Het leek op zo’n avond wel oorlog, met gillende keukenmeiden en rotjes die alle kanten op vlogen in de smalle winkelstraat. Nee, aan siervuurwerk deden ze niet, het moest gewoon veel en hard knallen.

Op mijn vijftiende hadden we met de Tussenclub afgesproken dat we op oudejaarsavond een rondje zouden doen langs iedereen. Alle ouders vonden dat best, mits we rond half een, een uur weer thuis waren. We vertrokken rond tienen op de fiets. De eerste halte was natuurlijk bij Wim. Zijn vader had de beroemde feest- en fopartikelenwinkel aan de Markt, waar niet alleen carnavalskostuums en scheetkussens werden verkocht: in de maand december kon je er ook allerhande vuurwerk kopen. Wij kregen allemaal wat onschuldig vuurwerk mee voor onze tocht door Terneuzen. Maar om dat vuurwerk af te steken als je aan het fietsen was, was niet handig. Dus de jongens zouden fietsen en de meisjes gingen achterop.

Ik zat achterop bij Wim en zo vertrokken we, met een spoor van knallers in ons kielzog. Het huis van Paul was als laatste aan de beurt om te bezoeken. We werden meegetroond naar de woonkamer, en daar kregen we van zijn vader een feestelijk drankje. Echte champagne! Geen van ons had eerder alcohol gehad, en we voelden ons ineens volwassen.

Het schuimde enorm en prikkelde in je neus, maar lekker was het wel! Dat vond iedereen, en de glazen gingen dan ook vlotjes leeg.

Inmiddels was de eerste nacht van het nieuwe jaar al flink gevorderd en we moesten nodig naar huis. Maar fietsen in de motregen met drank op, dat viel niet mee voor de jongens, en luidruchtig zwabberden we door de straten.

We zijn heelhuids thuisgekomen, ondanks dat eerste glaasje echte champagne.

’s Ochtends tijdens de kerkdienst vond ik in mijn jaszak nog een vergeten rotje, vastgekleefd aan een King-pepermuntje, het vaste kerkvoer…

Beluister het gesprek dat Remco van Schellen van Omroep Zeeland met Margreeth had in ‘Zeeland wordt wakker’:

1 Reactie
  • Jan Meeusen
    Geplaatst op 11:14h, 01 januari Beantwoorden

    Mijn ouders waren hier niet voor! Paste niet zo bij de braafheid van toen. Met één van de genoemde personen heb ik wel eens ‘illegaal‘ een straatje in de rook gezet. Nou dat was wat!

Geef een reactie