Spelen

door Margreeth Ernens-Abrahamse

Laatst kreeg ik van een 8-jarig jongetje de vraag of wij ons vroeger niet verveelden.

Hij had net een reprimande van zijn moeder gekregen omdat hij de hele middag al een spelletje op zijn telefoon aan het spelen was. En nu moest hij ‘gewoon’ gaan spelen. ,,Wat deden jullie dan heeeel vroeger? Volgens mama hadden jullie toen geen telefoon of game boy.’’

Nee, vervelen deden we ons nooit, ook niet zonder game boy. Een telefoon hadden wij wel, zo eentje die aan de muur hing, met een grote draaischijf, en waarmee je alleen gesprekken kon voeren.

Tot de favoriete speelplekken van mijn broertje Rienk en mij, en onze vriendjes, hoorde de zeedijk bij Terneuzen. Halverwege de jaren zestig werd die op Deltahoogte gebracht, tegelijk met de aanleg van de nieuwe zee- en binnenvaartsluis. Overal lagen grote pijpen, met daarover houten loopbruggetjes.

Het aangeslibde ‘strandje’ vlakbij het postkantoor – op de kop van de Nieuwstraat – lag vol interessante dingen als oude matrassen, waarvan je een vlot kon maken. Als je geluk had kwam je zonder nat pak thuis. Jongens hadden een voordeel, want zij droegen kaplaarzen die tot hun knieholtes kwamen. Ik had rode meisjeskaplaarzen, vér onder kuithoogte, en het Scheldewater gutste altijd al snel mijn laarzen in….

Rienk en ik bij de zeedijk, zoals gewoonlijk rennend. Op de achtergrond liggen de grote pijpen.

Bij de dijk werden grote zinkstukken gemaakt van wilgentenen. Het waren gevaartes van wel een paar meter hoog, met scherpe uitsteeksels. Als de mannen die eraan werkten, niet al te oplettend waren, klommen we er bovenop om vandaar over de Westerschelde te kijken. We voelden ons dan echte overwinnaars, we hadden het ‘fort’ bedwongen! Mijn vader had voor ons pijlen en bogen van bamboestokjes gemaakt, en we schoten dan ook op alles en iedereen die ons van het fort wilde halen.

Op woensdagmiddag moest ik snel even tussendoor het spelen naar de Scheldekade lopen, want dan hield tandarts Van Mieghem ‘beugeltjesuur’. Met een zere mond kon ik dan een half uurtje later weer verder spelen.

En toen de rondweg langs de Scheldekade werd aangelegd, lag er maandenlang een strook asfalt waar we heerlijk konden rolschaatsen en ons voorstelden dat we Ard en Keesie waren.

Mijn jonge gesprekspartner zuchtte er eens van. ,,Spannend… Ja, dat lijkt mij ook wel leuk!’’ Ik hoop dat hij er snel achter komt dat ‘gewoon’ spelen een avontuurlijke ontdekkingsreis kan zijn!

Foto boven: Rienk en ik op één van de houten bruggetjes op de dijk. We zijn in ons zondagse kloffie, want doordeweeks werden er geen foto’s gemaakt. En ik ging ook niet in een jurk buiten spelen! De foto’s zijn wat wazig, want mijn vader was er niet zo heel goed in….

Beluister het gesprek dat Remco van Schellen van Omroep Zeeland met Margreeth had in Zeeland Wordt Wakker:

Geen reacties

Geef een reactie